Nieuwsbrief - Seizoenstip

We beginnen dit stukje met een waarschuwing over de gewone berenklauw: draag handschoenen bij plukken in zonnig weer, en verwar de soort NIET met de reuzenbereklauw. De plant is een schermbloemige: hoewel andere soorten binnen deze familie er minder op lijken, zitten daar dodelijk giftige tussen! Deze hebben onder andere vaak kleinere deelbladeren dan de gewone berenklauw en ruiken anders. Eerder schreven we een seizoenstip over de eetbare zaden van de gewone berenklauw (die te vinden zijn vanaf later in de zomer). Op die pagina vind je meer informatie over deze twee waarschuwingen. Als aanvulling daarop: op de afbeelding links kun je zien dat de bladvorm van de gewone berenklauw enigszins kan variëren, maar afwijkt van die van de gevaarlijke reuzenbereklauw, die veel puntiger bladeren heeft.

De gewone berenklauw (Heracleum sphondylium) groeit vaak in graslanden, ruigten en waterkanten waar de grond vochtig en voedselrijk is. Soms groeit hij ook in het bos, langs lanen met voldoende zonlicht. Hij bevat veel meer vitamine C, calcium en magnesium dan kropsla. Je kunt hem vaak al van een afstandje herkennen, omdat het een grote plant is (tot 1.5m hoog) met grote bladeren en (ongeveer vanaf eind juni) een groot wit bloemscherm. Van mei tot augustus zitten sommige van deze bloemschermen nog verpakt in een grote bloemknop (foto rechts), die bij kneuzen zoet ruikt.

Je kunt de bloemknop vlak onder de knop afsnijden, hoewel de stengel ook eetbaar is, en in deze tijd van het jaar ook nog weinig vezelig. Vaak steekt er een klein en mals blaadje uit, dat je ook goed kunt eten (links)

Snijd de uitstekende blaadjes eventueel af en doe de verzamelde knoppen in een pan (rechts). Je zou ze gewoon kunnen koken, maar gebakken of gestoomd zijn ze een stuk lekkerder. Giet hiervoor een bodempje water en/of ook wat olie in de pan.

Wij hebben hier gekozen om de knoppen te braden met water, olie en wat zout. Om de knoppen sneller gaar te maken, hebben we de groenten afgedekt. Laat in dit geval de knoppen 15 minuten braden op de kolen van een uitgevlamd vuur. Eventueel kun je de knoppen halverwege de kooktijd keren, zodat ze aan weerszijden lichtbruin en daardoor een beetje krokant worden. De afgesneden blaadjes hebben we in een apart pannetje in een klein beetje water 5 minuten gekookt. Na het koken haalden we de deksel van de pan, om het meeste water te laten verdampen (links).

Zie (rechts) voor het resultaat. Vooral de knoppen worden door veel wild food kenners als één van de smakelijkste wilde groenten gezien. Dit is ook niet zo gek, gezien de malse, sappige structuur en aromatische, kruidige smaak (die een beetje weg heeft van kokos en gember).